Het tweede deel van Knausgård's Mijn Strijd, getiteld Liefde. Amper voor driekwart uit. Ik lees en denk onderwijl veel na; vooral over waarom ik dit zo graag lees. Al dagen voel ik de onbedwingbare behoefte om te schrijven over het geschrevene, met het risico dat mijn vandaagse woorden genadeloos worden ingehaald door hetgeen ik in de volgende 4 delen van Mijn Strijd ga tegenkomen. Ik lees Liefde, nog langzamer dan anders, en breek mij het hoofd over de reden van mijn enorme fascinatie en bewondering voor de serie van Knausgård. Er gaat een grote verslavende werking vanuit. Lezen en blijven lezen. Mijn verloren momenten vul ik met Liefde. Knausgård schrijft niet bijzonder bloemig of kleurrijk, eerder uitgesproken sober doch zeer nauwkeurig. Zou Liefde verfilmd zijn, dan was het een zwart-wit film geworden. In het boek gebeurt weinig opzienbarends, afgezien van een enkel schrik-moment, en ook van een adembenemende spanningsboog is geen sprake. Het leven wordt niet spannender voorgedaan dan het doorgaans is. Wat is hier aan de hand? Vroeger kon ik mij urenlang verliezen in het maken van een legpuzzel. Liefst niet een dier, mens of een of ander voorwerp, maar een landschap. Vergezichten van bergen, bossen, meren of akkers. Puzzelen was voor mij een rustgevende bezigheid, met slechts één enkel doel: het plaatje compleet maken. Maar, ook al zou dat doel niet gehaald worden, toch bleef het genot van de bezigheid overeind. Het lezen van Knausgård geeft mij eenzelfde sensatie van innerlijke rust en stille aanvaarding. De illusie van een tijdloos en evenwichtig leven, van nature vervuld omdat er –al was het maar tijdelijk- geen doel wordt nagestreefd. Al zou ik zijn boek niet uitlezen, toch blijft het genot van het lezen overeind. Dat is op zijn minst opmerkelijk in boekenland, waar niet-uitgelezen exemplaren bij mij gewoonlijk weinig punten scoren. In Knausgård puzzel ik al lezende een rustgevend landschap in elkaar: heuvels, bomen, meren, watervallen en hier en daar een rood of blauw houten huisje. Er valt van alles te ontdekken tussen de bomen, achter de ramen van het huis en in de diepte van de vallei. Hulde aan de honderden puzzelpagina’s van Knausgård. Moois met een kartelrand. Zoals het leven is.
2 Comments
Tot op de laatste letter heb ik genoten van dit prachtig geschreven, absurdistische, rauwe en bij vlagen intens humoristische boek van woordkunstenaar Christophe Vekeman. Een vertelling als een cultfilm, waarbij geen woord mag worden overgeslagen dan wel had kunnen ontbreken. De ene zin steekt nog ingenieuzer in elkaar dan de andere. ‘Zeeën van tijd in het verschiet, maar geen spoor van een toekomst.’ Een droom van een zin, waarvan je als schrijver slechts in stilte mag hopen dat er eerdaags eentje van dat niveau uit je pen vloeit. Vele markante personages worden ten tonele gevoerd en zo heerlijk uitgesproken beschreven, dat ik met potlood en papier een haarscherpe compositietekening had kunnen maken. De lijken vliegen de lezer om de oren, al dan niet in stukken. In het fictieve gehucht Abraham gebeurt beduidend meer dan in de gemiddelde provinciestad. Om je in te verliezen, om helemaal in op te gaan en niet meer uit terug te keren. De overtreffende trap van literatuur. Tot zover het applaus. Of ik Marie helemaal door heb? Of ik in deze zee van drenkelingen heb begrepen wie wat deed en waarom? Vele vragen blijven onbeantwoord of antwoorden onopgemerkt. Was Marie nu werkelijk de dochter van...? Huh? En wie vermoordde ...? Waar kwam die en die ineens vandaan? Of juist: Waar is die en die ineens gebleven? Halverwege het boek bekruipt mij het gevoel Waar gaat dit heen? Of beter gezegd: Gáát dit ergens heen? Aan het einde komt alles zoals dat hoort netjes, maar ondoorzichtig samen. Het is gissen naar een ‘clou’, waarbij het doorslaggevende kwartje maar niet vallen wil. Wellicht las ik te snel of met een gebrek aan concentratie op cruciale momenten. Of misschien ging het mij hier en daar gewoon boven de pet. Het zou zomaar kunnen. Het werd mij zo nu en dan te veel en onderweg ben ik de draad een beetje kwijtgeraakt, waardoor onvermijdelijk losse eindjes zijn ontstaan. Meermaals herlezen dan maar? Christophe Vekeman is voor mij een bijzonder grote ontdekking –hoe kan hij in hemelsnaam aan mijn aandacht ontsnapt zijn?- en een inspirerend voorbeeld. Beschaamd voeg ik zijn naam nu pas aan mijn lijst favoriete auteurs toe en spoorslags neem ik een ander boek van hem ter hand met de enthousiasmerende titel 49 manieren om de dag door te komen. Hoezee. Ik heb er zin in. Dit is een blogpost in het kader van de literaire leesclub voor bloggers Een perfecte dag voor literatuur. Lees ook de verhalen van andere bloggers. @arbeiderspers @notjustanybook |
JES' BLOGIk schrijf. Archief
January 2019
|